Laatst bewerkt 27/01/17

Wat zou je doen als je niet bang was? Of een verhaaltje over verandering

door Elizabeth Van Den Bergh

Verandering, weerstand en angst

Verandering krijgt vaak te kampen met weerstand. Dat hoor ik van managers met wie ik spreek.

Waar komt die weerstand vandaan?

Juist, angst. Angst om het bekende los te laten, angst om in te boeten aan comfort, angst voor veranderingen in de hiërarchie.

Het goed begrijpen van verandering en hoe mensen erop reageren is de sleutel tot het managen van verandering.

Mensen reageren op verschillende manier op verandering gaande van snelle aanpassing tot volhardend vastklampen aan het verleden.

“Wie heeft mijn kaas gepikt?” is een grappig en herkenbaar boekje van Dr Spencer Johnson over omgaan met veranderingen. Het gaat over 2 muisjes (Snel & Snuffel) en 2 mini-mensjes (Peins en Pieker) die leven in een doolhof en elke dag op zoek gaan naar kaas.

Kaas is in dit boekje een metafoor voor wat we van het leven verwachten (job, geld, mooi huis, vrijheid, gezondheid, erkenning etc.). Wanneer we dat hebben raken we eraan gehecht. Wanneer we het kwijt raken kan dat traumatisch zijn.

Overvloedige kaas

Snel & Snuffel, de muizen, rennen elke dag het doolhof in, op zoek naar kaas. Dat doen ze middels de “trial and error” methode. Peins & Pieker, de mini-mensen, gebruiken hun hersens en leren van hun ervaringen in het doolhof. En uiteindelijk vinden ze alle vier, op een dag, op hetzelfde moment een grote berg van hun favoriete kaas bij Kaasstation K. Lekker!

En aan het eind van de dag gaan ze weer naar huis om de dag erna weer snel naar Kaasstation K te gaan. Ze hebben geen idee waar de Kaas vandaan komt, of wie die er neerlegde. Ze gaan er gewoon vanuit dat die er elke dag opnieuw is. Peins denkt zelfs dat ze hun leven lang met die Kaas zouden toekomen.

Na een tijdje gaan Peins & Pieker de Kaas als hun Kaas beschouwen en verhuizen naar de omgeving van Kaasstation K. De muizen Snel & Snuffel niet. Die gaan aan het eind van elke dag weer naar huis en komen ’s ochtends terug.

Elke dag wordt de hoeveelheid kaas een beetje minder. Op den duur slaagt de tevredenheid en zelfvoldaanheid bij Peins & Pieker om in arrogantie. Ze worden zo zeker van hun zaak dat ze niet meer opletten op hun omgeving.

De kaas is op

Maar dan gebeurt het. Op een ochtend komen Snel & Snuffel bij het Kaasstation en zien ze dat de kaas op is. Zij zijn niet verbaasd, kijken elkaar aan, doen hun loopschoenen aan en rennen andere gangen in het doolhof in, op zoek naar nieuwe kaas.

Later op de dag komen Peins & Pieker bij Kaasstation K. Ze hadden niet gelet op de kleine veranderingen die elke dag zichtbaar waren, dus gingen ze ervan uit dat hun kaas er nog zou zijn. Wat ze aantreffen komt als een schok. ‘Wie heeft mijn kaas gepikt?’ huilde Peins. ‘Het is niet eerlijk.’ Pieker staat alleen maar vol ongeloof zijn hoofd te schudden. Ze gaan in alle hoeken en gaten van Kaasstation K kijken of er toch niet ergens nog Kaas ligt.

Vloekend en tierend constateren ze dat er niets meer is. Teleurgesteld gaan ze ’s avonds naar huis. En de volgende dag gaan ze opnieuw naar ’t Kaasstation, in de hoop dat ze er nu wel kaas zouden vinden. Niets. ‘Wie heeft ons dit aangedaan?’ vraagt Pieker. ‘We verdienen dit niet’ zegt Peins. ‘We zullen het tot de bodem uitzoeken.’

Nieuwe kaas voor Snel & Snuffel

Snel & Snuffel hebben ondertussen elders in het doolhof alweer een nieuwe berg kaas gevonden. Nog lekkerder en groter. Intussen zitten Peins & Pieker nog in Kaasstation K de toestand nog te bespreken. Peins wil eigenlijk wel eens elders in het doolhof gaan kijken maar Pieker houdt ‘m tegen. ‘Het bevalt ons hier toch goed? We zijn aan deze plek gehecht geraakt. En bovendien is de rest van het doolhof gevaarlijk en weten we niet wat we zullen vinden’. Ze blijven nog dagen bij Kaasstation K terwijl Snel & Snuffel smikkelen van de nieuw gevonden kaas.

Peins & Pieker blijven maar zoeken op Kaasstation K en eten dagenlang niets. Peins trekt na enkele dagen zijn sportschoenen en trainingspak weer aan om het doolhof door te gaan rennen. Pieker: ‘Maar als er nu geen kaas is?’ ‘Wat als je niets vindt?’ ‘Wat als je verdwaalt?’ ‘Wat als je de kaas niet vindt?’

Peins rent dagenlang door het doolhof en vindt hier en daar kleine stukjes kaas. Hij kan daardoor weer een beetje aansterken, maar kan niets terugbrengen naar Pieker, die bij Kaasstation K is achtergebleven.

Verandering anticiperen

Ondertussen heeft Peins de hele geschiedenis overdacht en realiseert hij dat de Kaas helemaal niet van de ene op de andere dag verdwenen was. De hoeveelheid was langzaam afgenomen, en de laatste stukjes waren erg oud en niet zo lekker. Had hij er voor opengestaan dan had hij het kunnen zien aankomen. Zonder angst verkent Peins verder het doolhof en vindt hier en daar kleine hoeveelheden kaas. Genoeg om te delen met Pieker.

Maar Pieker ‘denkt niet te houden van nieuwe kaas’. Hij wil zijn oude kaas terug. Peins schudt zijn hoofd.

Peins houdt vol en rent elke dag weer door het doolhof, op zoek naar nieuwe kaas. En dan op een dag gebeurt het. Hij stuit op een grote berg kaas. Meer kaas en lekkere kaas. En Snel & Snuffel zijn daar ook al! Peins gaat smikkelen en smullen. Leve de verandering! Maar zou Pieker ooit nog de moed opvatten en ook door het doolhof gaan rennen op zoek naar deze berg kaas?

‘Wie heeft mijn kaas gepikt?’ gaat in essentie over het aanpassen van je ingesteldheid in het leven wanneer er verandering is. Het gaat er niet om of de verandering gehoopt, verwacht of verwelkomd wordt.

De belangrijkste les van dit boek is dat verandering onvermijdelijk is en ook positief kan zijn. Daarom is het belangrijk om verandering te anticiperen en verandering te appreciëren.

En het verhaal brengt ons bij een belangrijke vraag ‘Wat zou jij doen als je niet bang was?’.

Dit boekje is een aanrader voor eenieder die op welke manier dan ook met verandering bezig is.

Boekje kopen? https://www.bol.com/nl/p/wie-heeft-mijn-kaas-gepikt/1001004005038819/?country=BE